Speelkeuze's ultieme doeboek collectie Download doeboek

8 basisschool groepen op volgorde: cognitieve ontwikkeling in educatie

Ik schrijf deze artikelen met veel plezier voor mijn lezers, jullie. Ik accepteer geen betaling voor het schrijven van reviews, mijn mening over producten is die van mijzelf, maar als je mijn aanbevelingen nuttig vindt en je uiteindelijk iets koopt via een van de links kan ik daar mogelijk een commissie over ontvangen. Meer informatie

Altijd wat te doen voor de vakantie of regenachtige dag?

Speelkeuze heeft nu de ultieme doeboek collectie, met meer dan 60 pagina's aan leuke kleurplaten en educatieve puzzels.

Academische groepen in volgorde op de basischool

De 8 basisschooljaren zijn: kleuters of “onderbouw” (groep 1 & 2), middenbouw (groep 3, 4 en 5) en bovenbouw (groep 6, 7 en 8). Kinderen leren algemene kennis in vakken als aardrijkskunde, geschiedenis, economie, maatschappijleer.

Het leesniveau ontwikkelt van eenvoudig naar complex, met synoniemen in latere jaren. Wiskunde omvat rekenen, breuken, vermenigvuldigen, delen. Sociale studies behandelen lokale en wereldgemeenschappen. Wetenschap leert natuurkunde, biologie, aard- en ruimtewetenschappen.

Verschillende groepen op de basisschool op volgorde

Elke maand een speel thema in je mailbox?

Leuke speeltips, doeboekjes en meer met als eerste mail onze gratis mini-gids "educatief speelgoed"

We zullen je email adres alleen gebruiken voor deze nieuwsbrief en respecteren jouw privacy

#1 Groep 1 (1e kleuterklas, 4-5 jaar)

Kinderen in groep 1, of “kleuters”, zijn gemiddeld 4 en 5 jaar oud en leren basisvaardigheden voor lezen, schrijven, rekenen, wetenschap en sociale omgang. Deze vaardigheden vormen de basis voor toekomstig leren in de vroege basisschooljaren.

Kinderen in deze groep hoeven nog niet per se te leren en hebben nog geen verplichte weektaken.

#2 Groep 2 (2e kleuterklas 5-6 jaar)

Kinderen in groep 2 zijn gemiddeld 5 en 6 jaar oud en beginnen nu met wat verplichte lessen in de kleuterschool voor lezen, schrijven, rekenen, wetenschap en sociale omgang, ook wel “weektaken” genoemd.

Algemene kennisvaardigheden op dit niveau omvatten tijd- en vormherkenning, evenals het ontwikkelen van belangrijke sociale vaardigheden om goed te functioneren in de schoolomgeving. Aan het begin van groep 1 lezen kleuters meestal op niveau A. Aan het eind van het jaar lezen ze meestal op niveau 4.

In rekenen leren kleuters basisvaardigheden zoals tellen, getal- en vormherkenning, en enkelcijferige optellen en aftrekken. Deze concepten helpen het kind bij het opbouwen van wiskundige vaardigheden die nodig zijn om verder te gaan in het basisschoolprogramma.

In het vak sociale studies leren kleuters over lokale geschiedenis, geografie, economie en gemeenschapsleden. Ze leren ook over persoonlijke en schoolverantwoordelijkheden, historische figuren en culturele tradities.

Kleuters leren de basis van natuurkunde, aard- en ruimtewetenschappen en biologie. Daarnaast leren ze wetenschappelijke vaardigheden zoals observeren en effectief communiceren over wetenschappelijke principes, onderzoek en experimenten.

De beoordelingsschaal in groep 2 van de kleuterschool bestaat uit 4 = uitmuntend, 3 = vaardig, 2 = in ontwikkeling en 1 = beginnend. Het is niet ongebruikelijk dat kleuters scores van 1 of 2 behalen, omdat ze nog routines en basisvaardigheden leren die nodig zijn om klaar te zijn voor groep 3.

#3 Groep 3 (6-7 jaar)

Kinderen in groep 3 zijn gemiddeld 6-7 jaar oud en leren basisvaardigheden in rekenen, lezen en schrijven. Ze bouwen voort op wat ze in de kleuterklas hebben geleerd.

In groep 3 leren kinderen algemene kennis op verschillende gebieden. Ze ontwikkelen inzicht in basisbegrippen en ideeën uit vakken als aardrijkskunde, geschiedenis, economie en maatschappijleer.

Bij lezen moeten ze aan ’t eind van groep 3 op AVI-niveau M3 zitten. Ze kennen dan 80-100 veelvoorkomende woorden en herkennen zowel hoofd- als kleine letters en de bijbehorende klanken.

In rekenen leren ze optellen, aftrekken, getallen herkennen, meten, patronen, vormen, geld en klokkijken. Er is een duidelijke ontwikkelingssprong waarbij ’t kind logisch naar de wereld kijkt en oorzaak-gevolg begrijpt.

Bij aardrijkskunde leren ze over de wereld, landen, steden en hoe mensen leven en werken. In geschiedenis ontdekken ze basisbegrippen en gebeurtenissen uit ’t verleden.

In natuuronderwijs leren ze over de waterkringloop, planten, insecten en basisprincipes die helpen de wereld beter te begrijpen. Ze ontwikkelen een begrip van oorzaak en gevolg.

Aan ’t eind van groep 3 kunnen ze eenvoudige rekensommen oplossen, op AVI-niveau M3 lezen, simpele woorden spellen en basisbegrippen van natuur, aardrijkskunde en geschiedenis begrijpen.

#4 Groep 4 (7-8 jaar oud)

Kinderen in groep 4 zijn gemiddeld 7-8 jaar oud en leren basisvaardigheden zoals lezen, schrijven, rekenen en wereldoriëntatie. In dit leerjaar ontwikkelen ze zelfvertrouwen en zelfstandigheid.

In groep 4 leren kinderen algemene kennis op verschillende niveaus. Ze ontwikkelen basisvaardigheden en verdiepen hun begrip van de wereld om hen heen. Ze leren over hun eigen gemeenschap en andere gemeenschappen in de wereld.

Bij lezen moeten kinderen in groep 4 vloeiend kunnen lezen en beginnen met het lezen van eenvoudige hoofdstukboeken. Aan ’t eind van ’t jaar moeten ze in staat zijn om hoofdgedachten en details te begrijpen en te hervertellen, zoals personages, setting en gebeurtenissen. Ze kiezen zelf geschikte leesmaterialen en leggen verbanden met hun achtergrondkennis.

Bij rekenen leren kinderen in groep 4 optellen en aftrekken tot 100. Ze worden geacht de sommen van enkelvoudige cijfers uit het hoofd te kennen, bijvoorbeeld 5 + 4 = 9 en 8 + 9 = 17.
Bij wereldoriëntatie leren kinderen in groep 4 over aardrijkskunde, geschiedenis, economie en burgerschap. Ze ontdekken hoe gemeenschappen werken en hoe ze georganiseerd zijn.

In groep 4 leren kinderen over natuur en techniek. Ze onderzoeken dier- en plantenleven, weer, water, natuurkunde, technologie en astronomie. Boeiende experimenten en voorbeelden helpen hun begrip van de gepresenteerde concepten te verdiepen.

#5 Groep 5 (kinderen van 8-9 jaar)

Kinderen in groep 5 zijn gemiddeld 8-9 jaar oud en leren basisvaardigheden zoals lezen, schrijven en rekenen. Ze ontwikkelen algemene kennis op verschillende gebieden.

In groep 5 leren kinderen meer over uiteenlopende onderwerpen, zoals aardrijkskunde, geschiedenis, economie en maatschappijleer. Ze verdiepen zich in diverse culturen.

Op leesniveau lezen kinderen langere teksten en fictieve boeken met hoofdstukken. Ze gebruiken complexere leesstrategieën, zoals vragen stellen, conclusies trekken en samenvatten. Ze leren dieper en gedetailleerder lezen, schrijven en praten over teksten.

Bij rekenen moeten kinderen optellen, aftrekken, vermenigvuldigen en delen beheersen. Ze leren werken met getallen tot in de duizendtallen en begrijpen de plaatswaarde van elk cijfer. Ze lossen meerstaps woordproblemen op met behulp van vergelijkingen.

Bij sociale studies leren kinderen over de diverse achtergronden van mensen, met nadruk op de cultuur van bewoners. Ze bestuderen de geschiedenis, geografie, economie en inrichting van het continent.

Bij natuurwetenschappen variëren de onderwerpen per school, maar veelvoorkomende thema’s zijn aarde en ruimte, planten, levenscycli, dieren, elektriciteit, magnetisme, beweging en geluid. Ze leren complexere concepten en ideeën begrijpen.

Tegen het einde van groep 5 kunnen kinderen samenwerken aan groepsprojecten en tonen ze georganiseerd en logisch denkvermogen. Ze schrijven netjes en leesbaar en kunnen een pagina lang opiniestuk, verslag of verhaal schrijven met inleiding en conclusie.

#6 Groep 6 (9-10 jaar oude kinderen)

Kinderen in groep 6 zijn gemiddeld 9-10 jaar oud en leren diverse onderwerpen. Ze ontwikkelen algemene kennisvaardigheden op verschillende gebieden.

In groep 6 leren kinderen breuken, veelvouden en verschillende getallen. Ze leren breuken optellen, aftrekken, gelijkwaardige en niet-gelijkwaardige breuken herkennen. Aan ’t eind van groep 6 analyseren, verzamelen, organiseren en presenteren ze data. Algemene kennisvragen voor groep 6 beslaan uiteenlopende onderwerpen zoals planten, dieren, astronomie, plaatsen en gebeurtenissen uit verleden, heden en toekomst.

Leesniveau in groep 6 is belangrijk. Kinderen moeten vlot en begrijpend kunnen lezen. Rekenen in groep 6 omvat optellen, aftrekken, vermenigvuldigen en delen. Ze lossen meerstaps woordproblemen op met meer-cijferige getallen. Groep 6 rekenen breidt uit naar breuken, gelijke en gelijkwaardige breuken en breuken rangschikken.

Sociale studies in groep 6 verschillen per school. Vaak leren kinderen over de oprichting en vroege jaren van de samenleving en overheid. Ze gebruiken kaarten om geografie beter te begrijpen en hoe dit invloed heeft op hun gemeenschap.

Wetenschapsonderwerpen in groep 6 variëren per school. Veelvoorkomende onderwerpen zijn aarde, ruimte, planten, levenscyclus, dieren, elektriciteit, magnetisme, beweging en geluid. Ze leren over de relatie tussen deze onderwerpen en hun dagelijks leven.

#7 Groep 7 (leerlingen van 10-11 jaar)

Kinderen in groep 7 zijn gemiddeld 10-11 jaar oud en leren basisvaardigheden in diverse vakgebieden. Ze ontwikkelen algemene kennis en vaardigheden op verschillende niveaus.

Loading...

In groep 7 ligt de focus op rekenen met getallen, breuken en decimalen. Kinderen worden vaardig in optellen, aftrekken, vermenigvuldigen en delen. Ze begrijpen de relatie tussen getallen en passen deze toe in realistische situaties.

Bij lezen moeten kinderen op een passend niveau zijn. Ze lezen diverse genres zoals fictie, non-fictie, poëzie en drama. Ze gebruiken tekstuele details om samen te vatten, hoofdideeën en thema’s te identificeren, personages en gebeurtenissen te vergelijken en verschillende teksten per genre te interpreteren. Ze begrijpen metaforen en vergelijkingen in tekst.

Bij wiskunde leren kinderen basisvaardigheden zoals optellen, aftrekken, vermenigvuldigen en delen. Ze worden bedreven in het werken met getallen, breuken en decimalen en begrijpen de relatie tussen deze getallen.

Bij aardrijkskunde en geschiedenis leren kinderen over de wereld en hun eigen omgeving. Scholen richten zich op de geschiedenis, vanaf de kolonisatie tot mogelijk de 20e eeuw. In groep 7 leren kinderen gebeurtenissen en verbanden analyseren en vergelijken.

Bij natuur en techniek leren kinderen over aarde, ruimte, planten, levenscycli, dieren, het menselijk lichaam, elektriciteit, magnetisme, beweging en geluid. Ze ontdekken deze onderwerpen in relatie tot hun eigen leefomgeving.

Algemene kennis wordt geïntroduceerd over politiek, sport, beroemdheden, monumenten en persoonlijkheden. Dit helpt kinderen een solide basis op te bouwen voor interessante wetenschappelijke ervaringen en andere onderwerpen.

#8 Groep 8 (11-12 jarigen)

Kinderen in groep 8 zijn gemiddeld 11-12 jaar oud en leren op dit niveau diverse basisvaardigheden. Ze verdiepen zich in verschillende vakken zoals taal, rekenen, wereldoriëntatie en creatieve vakken.

Algemene kennis is belangrijk; kinderen leren over uiteenlopende onderwerpen zoals geschiedenis, aardrijkskunde, wetenschap, technologie, kunst en cultuur. Boeiende sessies helpen hen kennis opdoen, nieuwsgierigheid voeden en geestelijk lenig blijven. In groep 8 verdiepen leerlingen hun begrip van de wereld en haar bewoners door geschiedenis, aardrijkskunde, politiek, cultuur en economische systemen te bestuderen. Dit gebeurt binnen het vak wereldoriëntatie.

Bij taal ligt de focus op leesniveau; kinderen begrijpen plotstructuren, vertelperspectieven en karakterontwikkelingen. Ze vergelijken en contrasteren thema’s in artikelen en verhalen, waardoor hun woordenschat groeit.

Rekenen omvat getalbegrip, bewerkingen, algebra, meetkunde, ruimtelijk inzicht, meten en kansberekening. Dit zijn belangrijke onderdelen van het rekenonderwijs in groep 8.
Bij wereldoriëntatie leren kinderen over geschiedenis en aardrijkskunde, waarbij ze zich richten op wereldgeschiedenis en geografie.

In het vak natuur en techniek maken leerlingen kennis met materie, energie en interacties. Ze leren over de structuur van materie, atomen en verkennen de relatie tussen deeltjesbeweging en energietoestanden van materie.

Middelbare school (12+)

Kinderen die starten met de middelbare school zijn gemiddeld 12-13 jaar oud en leren op dit niveau diverse onderwerpen. Ze ontwikkelen vaardigheden in algemene kennis, zoals taal, wiskunde, aardrijkskunde en wetenschap.

Op de middelbare school leren kinderen teksten nauwkeurig te onderzoeken, details uit de tekst te halen en ideeën te ontwikkelen. Ze analyseren relaties tussen elementen in de tekst en ondersteunen hun analyse door bewijs uit de tekst te citeren. Ze lezen en begrijpen romans, korte verhalen, poëzie, drama en non-fictie op hun leesniveau. Ze leren ook academische woorden en begrijpen het verschil tussen afhankelijke en onafhankelijke zinnen.

Op het gebied van wiskunde leren ze werken met rationale getallen, optellen, aftrekken, vermenigvuldigen en delen met decimalen en breuken, en procenten weergeven. Ze lossen meerstaps wiskundige problemen op met negatieve getallen, breuken, decimalen en percentages. Ze leren ook algebraïsche vergelijkingen en ongelijkheden oplossen met één onbekende.

In aardrijkskunde leren ze over geografie, aardse kenmerken, economische en politieke systemen en wereldwijde culturen. Ze leren onderzoek doen en presenteren hun bevindingen aan klasgenoten in mondelinge presentaties met duidelijke uitspraak en voldoende volume.

In wetenschap richten ze zich op levenswetenschap, aarde- en ruimtewetenschap en natuurwetenschap. Ze leren onderzoek doen, oorzaak-gevolgrelaties begrijpen en feitelijke meningen uiten in argumentatieve stukken. Ze leren ook de basis van kansberekening, zoals willekeurige steekproeven en het gebruik van data om een representatieve steekproef te produceren.

Tegen het einde van het eerste jaar kunnen kinderen een non-fictietekst evalueren op voldoende bewijs en logica, thema’s en centrale ideeën in fictiewerken identificeren, en academische woordenlijsten begrijpen en gebruiken. Ze begrijpen dat schrijven een proces is van plannen, reviseren, feedback geven en ontvangen, en herschrijven. Ze zijn in staat bewijs en gevolgtrekkingen te identificeren en het verschil tussen beide te begrijpen.

Kinderen in groep 8 zijn gemiddeld 12-13 jaar oud en leren diverse vakken op school. Ze ontwikkelen algemene kennisvaardigheden en verdiepen zich in verschillende onderwerpen.

In groep 8 ligt de focus op het verbeteren van leesvaardigheid. Ze moeten op een bepaald leesniveau zijn, waarbij ze fictie kunnen bespreken (plot, thema, personages) en argumenten in non-fictieteksten kunnen analyseren. Ze leren logische, relevante en ondersteunde argumenten te herkennen en bewijsmateriaal te identificeren.

Bij wiskunde leren ze over irrationele getallen, vergelijken van rationale getallen, het volume van 3D-vormen (kegels, bollen, cilinders) berekenen, wortels en exponenten gebruiken, en lineaire vergelijkingen toepassen. Ze maken grafieken en diagrammen om relaties te illustreren en analyseren data in grafieken.

Bij maatschappijleer leren ze over de geschiedenis van Amerika, van de koloniale periode tot de Amerikaanse Revolutie, de oprichting van de Verenigde Staten, de grondwet, westelijke expansie, conflicten met inheemse Amerikanen en de Burgeroorlog.

Bij natuurkunde leren ze het verschil tussen snelheid, versnelling en verplaatsing. Ze onderzoeken en beschrijven toepassingen van Newtons wetten en passen die toe op alledaagse situaties.

Hoe komt de cognitieve ontwikkeling overeen met academische vaardigheden in het onderwijs?

De cognitieve ontwikkeling staat in verband met het academisch vermogen. Verschillende onderzoeken hebben consistent aangetoond dat cognitieve vaardigheden voorspellers zijn van academische prestaties (Stadler et al., 2016).

Kinderen leren en groeien in de klas, en op de basischool delen ze een heel jaar samen één klaslokaal, samen met een vaste leraar.

Tijdens de cognitieve ontwikkeling bouwen kinderen voort op eerdere kennis, leggen ze verbanden tussen verschillende concepten en passen ze nieuwe ideeën toe. Dit proces leidt tot een dieper begrip, sterkere leervaardigheden en een groter enthousiasme en vertrouwen in het leerproces.

Een belangrijke figuur in de studie van de cognitieve ontwikkeling is de Zwitserse psycholoog Jean Piaget wiens theorieën inzicht bieden in de cognitieve processen bij kinderen en helpen leraren om de individuele behoeften van leerlingen te identificeren. Piaget toonde aan dat leren plaatsvindt in verschillende fasen en heeft daarmee een grote invloed gehad op de ontwikkelingspsychologie.

Volgens Piaget doorlopen kinderen vier stadia van cognitieve ontwikkeling: het sensorimotorische stadium, het pre-operationele stadium, het concreet operationele stadium en het formeel operationele stadium. Elk kind doorloopt deze stadia in zijn eigen tempo.

Welke vakken worden gegeven op de basischool?

De vakken op de basisschool zijn: rekenen, taal, maatschappijleer, natuurkunde, gym, gezondheid, vreemde talen, kunst, muziek, informatica en IT.

Waarom is leren voor academisch succes belangrijk?

Academisch succes is belangrijk omdat het sterk gekoppeld is aan positieve resultaten en waarde voor volwassenen. Om dit te bereiken moet een kind tijd investeren om te leren.

Het is belangrijk om vroeg te beginnen, vóór de kleuterschool, en daarna door te gaan. Als academisch succes niet wordt behaald, kunnen er negatieve gevolgen zijn. Succesvolle jongeren hebben meer zelfvertrouwen, minder depressie en angst, en zijn socialer. Ouders die betrokken zijn bij de opleiding van hun kind en gezinsactiviteiten ondernemen, zien positieve resultaten op het gebied van gedrag, academische prestaties en sociale interacties.

Kinderen die basisvaardigheden in lezen, schrijven en rekenen leren, hebben minder kans om op school te falen en ontwikkelen beter de denkvaardigheden die nodig zijn om de middelbare school en vervolgonderwijs af te ronden.

Wat zit er voor de kleuterschool?

Vóór kleuterschool is er peuterspeelzaal, ook wel kinderdagverblijf of peuterklas genoemd. ’t Is een plek waar kinderen spelenderwijs leren en zich ontwikkelen en voor te bereiden op kleuterschool, sociale vaardigheden te ontwikkelen en cognitieve groei te bevorderen.

Het gebruik is handig voor ouders die werken of kinderen die extra ondersteuning nodig hebben, maar het is niet verplicht, hoewel veel kinderen ernaartoe gaan vóór de kleuterschool. Peuterspeelzaal en kinderdagverblijf zijn uitwisselbaar. Voorschool is een vrijwillig, klassikaal programma voor kinderen vanaf 3 jaar. Kleuterschool begint daarna, gevolgd door basisschool. Peuterspeelzaal heeft meestal een korter, flexibeler schema dan kleuterschool, met veel speeltijd en een educatief component.

Wat komt er na de kleuterschool?

Na kleuterschool of “onderbouw” volgen lagere school groepen, middenbouw (6-9 jaar) en bovenbouw (9-12 jaar). Daarna komt middelbare school: onderbouw (leeftijd 12-14) en bovenbouw (leeftijd 14-18).

Om naar de lagere school te kunnen wordt er altijd gekeken naar de vaardigheden van kleuterschool leerlingen.

Wat gebeurt er als je geen academisch succes behaalt?

Bij niet behalen academisch succes kunnen gevolgen ontstaan, zoals verminderd enthousiasme, gebrek aan ervaring en matige resultaten. Oorzaken zijn gebrek aan vaardigheden, faalangst en weinig zelfvertrouwen.

Hampden-Thompson & Galindo (2017) concluderen dat sterke school-gezin relaties en hoge schooltevredenheid bijdragen aan academisch succes. Schoolbeleid en praktijken die relaties met gezinnen verbeteren en ouderlijke tevredenheid verhogen, resulteren in voordelen voor alle jongeren, ook uit arme achtergronden.

Tot slot is er een wederkerig effect in ontwikkeling waarbij kinderen ouderlijke hulp kunnen weerstaan.

Wat is het wederkerig effect in ontwikkeling?

Het wederkerig effect in ontwikkeling is het wederzijdse beïnvloeden van ouderlijk gedrag en kindgedrag (Patterson et al., 1984). Patterson’s dwangmodel toont hoe agressief kindgedrag negatieve reacties en discipline van ouders uitlokt. Kinderen verzetten zich tegen ouderlijke controle, wat leidt tot een vicieuze cirkel van negatieve interacties.

Ouders moeten hun kinderen positief ondersteunen tijdens hun ontwikkeling door de groepen van de basisschool.

Altijd wat te doen voor de vakantie of regenachtige dag?

Speelkeuze heeft nu de ultieme doeboek collectie, met meer dan 60 pagina's aan leuke kleurplaten en educatieve puzzels.

Joost Nusselder, de oprichter van speelkeuze.nl is een content marketer, vader en houdt van het uitproberen van nieuw speelgoed. Hij kwam als kind al in aanraking met alles rondom spellen toen zijn moeder de Tinnen Soldaat begon in Ede. Nu maakt hij samen met zijn team hulpvaardige blog artikelen om trouwe lezers te helpen bij leuke speel ideetjes.